Waarom kiezen voor klimaat en biodiversiteit?

De gevolgen van klimaatverandering zullen de wereld zoals we die kennen ingrijpend veranderen en brengen de toekomst van huidige en toekomstige generaties, dieren en planten ernstig in gevaar.

Wat is er aan de hand?

Door de grootschalige verbranding van fossiele brandstoffen stoot de mens grote hoeveelheden broeikasgassen, voornamelijk CO₂, uit. Deze blijven decennia in de atmosfeer hangen met als gevolg dat de gemiddelde temperatuur op aarde stijgt: de aarde warmte op. Daardoor verandert het klimaat, met alle gevolgen van dien. Op dit moment is de aarde gemiddeld met 1,26°C opgewarmd sinds 1850 (het jaar dat we als basisjaar nemen). In 2015 hebben bijna alle landen ter wereld het klimaatakkoord van Parijs ondertekend, waarin ze hebben gezegd dat de opwarming beperkt absoluut beperkt moet blijven tot 2°C, maar eigenlijk tot 1,5°C, omdat die opwarming ook al tot ingrijpende veranderingen leidt. We zijn nu 8 jaar verder en we doen nog lang niet genoeg. Wereldwijd slaan wetenschappers alarm: klimaatverandering gaat veel sneller dan we voorheen dachten en we ondervinden nu al de gevolgen, ook in Europa, zelfs in Nederland: lang aanhoudende periodes van droogte, hittegolven, bosbranden, drinkwatertekorten, misoogsten, overstromingen, een stijgende zeespiegel, vaker en heftigere tropische stormen, verblekende koraalriffen en ga zo maar door. En dit bij een opwarming van ‘slechts’ 1,26°C.

Op dit moment koersen we nog steeds af op een opwarming van 3,2°C aan het einde van deze eeuw. Dat is een compleet andere wereld waarin de samenlevingen zoals we die nu kennen niet kunnen voortbestaan. We zullen dus alles op alles moeten zetten om onze uitstoot van broeikasgassen terug te brengen en de opwarming van de aarde te beperken tot anderhalve graad.

Lees meer:

• De belangrijkste kernpunten van het Klimaatakkoord van Parijs.
• Er zijn enkele boeken geschreven waarin klimaatverandering en de gevolgen ontzettend helder en simpel uitgelegd worden. Voorbeelden hiervan zijn het Klimaatboek van Greta Thunberg of Wat iedereen zou moeten weten over klimaatverandering van Bart Verheggen.

Klimaatverandering in recent nieuws

• Volg recente nieuws- en opinieartikelen over klimaatverandering en biodiversiteit van de Volkskrant, Trouw, NRC, het FD, the Guardian, the New York Times.

Het is nog niet te laat: de aankomende 7 jaar zijn cruciaal en bovendien bepalend voor hoe de rest van deze eeuw er uit zal zien.

Als we willen voorkomen dat de aarde verder opwarmt dan 1,5°C, dan zullen we onze uitstoot van broeikasgassen op hele korte termijn naar ‘netto nul’ moeten brengen. Dat betekent zoveel mogelijk naar 0 als mogelijk, en het deel dat niet lukt (bijvoorbeeld in de landbouw) moet gecompenseerd worden door het planten van bomen die de CO₂ die te veel is weer uit de lucht halen. Veel overheden houden nu 2050 aan als het jaar waarin de netto uitstoot van broeikasgassen nul moet zijn, maar dat is te laat. Het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) brengt om de zoveel jaar een Assessment Report uit waarin al het wetenschappelijke onderzoek op het gebied van klimaatverandering wordt gebundeld, geanalyseerd en beoordeeld om zo conclusies te kunnen trekken over de grotere trends. Hun voorspelling is dat we waarschijnlijk de grens van 1,5°C opwarming tussen 2030 en 2035 zullen overschrijden. Wanneer precies hangt af van hoeveel we tot die tijd nog uitstoten. Om echter nog een redelijke kans te hebben dat we de opwarming tot anderhalve graad beperken, zullen we in 2030 naar netto nul uitstoot moeten. Dat is dus 20 jaar sneller dan nu het streven is van de Nederlandse klimaatdoelen*. Dat wordt een hele grote opgave, maar het is nog steeds mogelijk met een crisisaanpak en een enorme versnelling. Het kan als je het wilt!

Meer lezen

  • Lees hier de ‘Summary for Policymakers’ van het meeste recente Assessment Report van het IPCC.
  • Recent onderzoek van de World Meteorological Organization toont aan we misschien al in 2027 tijdelijk de 1,5 graad opwarming bereiken, o.a. door El Nino. The Guardian schreef er dit artikel over.

* Dit grote verschil komt voornamelijk doordat deze klimaatdoelen gebaseerd zijn op IPCC-scenario’s die allemaal op grote schaal uitgaan van negatieve emissies. Met die negatieve emissies beogen we in de tweede helft van deze eeuw de extra emissies te compenseren. Dit houdt in dat we meer broeikasgassen uit de atmosfeer halen dan eraan toevoegen. Er bestaan echter nog geen betrouwbare en haalbare technologieën om op die schaal negatieve emissies te realiseren.

Elk beetje opwarming telt: 1,5°C of 1,6°C maakt al een groot verschil.

In 2018 bracht het IPCC een speciaal rapport uit over de gevolgen van 1,5°C opwarming, voornamelijk in verhouding tot meer graden opwarming. Aan klimaatverandering gerelateerde risico’s voor natuurlijke en menselijke systemen bleken groter te zijn, vaak zelfs aanzienlijk groter, in scenario’s met een hogere temperatuurstijging. In andere woorden: het maakt echt uit of we de opwarming van de aarde weten te beperken tot 1,5 of 1,6 graden (elke tiende graad die we voorkomen maakt al verschil!). En 2, 3 of 4 graden is nog veel desastreuzer. Een kernpunt van het speciale rapport is dat er niet maar één wereld is die 1,5 graad warmer is. De gevolgen van klimaatverandering zijn namelijk niet gelijkmatig over onze planeet verspreid en zullen dat in de toekomst ook niet zijn. De temperaturen stijgen overal met verschillende snelheden, waarbij de opwarming boven landgebieden over het algemeen hoger is dan in oceanen. In veel regio’s is de opwarming al meer dan 1,5 graden Celsius boven het pre-industriële niveau. Meer dan een vijfde van alle mensen leeft in regio’s waar de opwarming in ten minste één seizoen al meer dan 1,5 graden Celsius is geweest.

Van kwaad (1,5°C) tot erger (2°C)

NASA heeft een aantal concrete verschillen uit het speciale rapport op een rijtje gezet tussen 1,5 en 2 of meer graden opwarming, die we hieronder kort hebben samengevat. Onderaan vind je de link naar het uitgebreide artikel.

  • Bij een opwarming van 1,5 graden Celsius zal ongeveer 14 procent van de wereldbevolking minstens eens in de vijf jaar worden blootgesteld aan ernstige hittegolven, terwijl dat bij een opwarming van 2 graden stijgt tot 37 procent.
  • Door de opwarming te beperken tot 1,5 graden Celsius zou het aantal mensen dat vaak wordt blootgesteld aan extreme hittegolven met ongeveer 420 miljoen afnemen.
  • Bij een opwarming van meer dan 1,5 graden Celsius zullen twee keer zoveel megasteden als vandaag waarschijnlijk hittestress krijgen, waardoor tegen 2050 mogelijk 350 miljoen mensen meer hieraan worden blootgesteld.
  • Bij een opwarming van 2 graden Celsius kunnen de dodelijke hittegolven die India en Pakistan in 2015 meemaakten jaarlijks terugkeren.
  • Het rapport constateert dat het beperken van de opwarming tot 1,5 graden Celsius naar verwachting de kans op droogte en de risico’s met betrekking tot de beschikbaarheid van water in sommige regio’s, met name in het Middellandse Zeegebied, en in zuidelijk Afrika, Zuid-Amerika en Australië aanzienlijk zal verminderen.
  • Bij 2 graden opwarming worden ongeveer 61 miljoen meer mensen in de stedelijke gebieden van de aarde blootgesteld aan ernstige droogte dan bij 1,5 graden opwarming.
  • Het beperken van de opwarming tot 1,5 graden kan ervoor zorgen dat tot 50 procent minder mensen op aarde te maken krijgen met verhoogde waterstress door klimaatverandering, hoewel de mate per regio zal verschillen.
  • Naar verwachting zullen in 2050 tussen de 184 en 270 miljoen minder mensen worden blootgesteld aan toenemende waterschaarste bij een opwarming van ongeveer 1,5 graden Celsius dan bij een opwarming van 2 graden.
  • Bij een opwarming van 2 graden Celsius zullen op sommige plaatsen meer zware regenval optreden in vergelijking met de gevolgen bij een opwarming van 1,5 graden Celsius. Dit is vooral op de hoge breedtegraden van het noordelijk halfrond (Alaska/West-Canada, Oost-Canada/Groenland/IJsland, Noord-Europa, Noord-Azië) en bergachtige streken zoals het Tibetaanse plateau; Zuid-Oost Azië; en Oost-Noord-Amerika.
  • Deze toenemende zware regenval gaat gepaard met hogere overstromingsrisico’s.
  • Het rapport bestudeerde 105.000 soorten insecten, planten en gewervelde dieren. Bij een opwarming van 1,5 graden Celsius zal bij 6 procent van de insecten, 8 procent van de planten en 4 procent van de gewervelde dieren hun klimatologisch bepaalde geografische bereik met meer dan de helft afnemen.
  • Bij een opwarming van 2 graden Celsius stijgen die cijfers naar respectievelijk 18 procent, 16 procent en 8 procent.
  • Bestuivende insecten, zoals bijen, zweefvliegen en vleesvliegen die de productiviteit van het land ondersteunen en in stand houden, inclusief landbouw voor menselijke voedselconsumptie, hebben een aanzienlijk groter geografisch bereik bij een opwarming van 1,5 graden Celsius dan bij een opwarming van 2 graden.
  • Het rapport voorspelt dat hele ecosystemen zullen transformeren, waarbij naar verwachting ongeveer 13 procent van de landgebieden hun ecosystemen zal zien verschuiven van de ene soort naar de andere bij een opwarming van 2 graden Celsius – ongeveer 50 procent meer gebied dan bij een opwarming van 1,5 graden.
  • De auteurs van het rapport concluderen dat zelfs als de temperatuurstijging beperkt blijft tot 1,5 graden Celsius, de zeespiegel zal blijven stijgen, omdat warmte die al in de oceanen is opgeslagen door opwarming ervoor zorgt dat ze uitzetten.
  • Die toename zal echter naar verwachting 0,1 meter lager zijn bij 1,5 graden Celsius opwarming dan bij 2 graden. Als de opwarming 2 graden Celsius bereikt, zal meer dan 70 procent van de kustlijnen van de aarde een zeespiegelstijging van meer dan 0,2 meter zien, wat resulteert in meer kustoverstromingen, stranderosie, verzilting van watervoorraden en andere gevolgen voor mensen en ecologische systemen.
  • Tegen 2100 zouden ongeveer 10,4 miljoen mensen minder worden blootgesteld aan deze risico’s bij de drempel van 1,5 graden Celsius, ervan uitgaande dat mensen zich niet aanpassen. De risico’s zijn naar verwachting het hoogst in Zuid- en Zuidoost-Azië, maar de stijging van de zeespiegel zal in verschillende mate grote gevolgen hebben voor gebieden over de hele wereld.
  • Het rapport stelt bovendien dat bij een verhoogde opwarming tussen 1,5 en 2 graden Celsius instabiliteit in de Antarctische ijskap en/of het onomkeerbare verlies van de Groenlandse ijskap kunnen leiden tot een zeespiegelstijging van meerdere meters over een tijdschaal van honderden tot duizenden jaren.
  • Bij een opwarming van 1,5 graden Celsius verwachten wetenschappers van het IPCC-speciaal rapport dat de Noordelijke IJszee één zomer per eeuw zee-ijsvrij zal zijn, maar bij een opwarming van 2 graden Celsius neemt de kans toe tot ten minste één ijsvrije zomer per decennium.
  • De oceanen zullen zuurder worden als gevolg van hogere concentraties koolstofdioxide bij 1,5 graden opwarming, die zelfs nog hoger zullen worden bij 2 graden opwarming, met negatieve gevolgen voor een breed scala aan soorten, van algen tot vissen.
  • Het beperken van de opwarming tot 1,5 graden Celsius zou de stijging van de oceaantemperatuur en de daarmee samenhangende stijging van de oceaanzuurgraad en daling van het zuurstofgehalte, die aanzienlijke risico’s vormen voor de mariene biodiversiteit, visserij en ecosystemen, verminderen.
  • Opwarming van de oceaan, verzuring en intensere stormen zullen ervoor zorgen dat koraalriffen met 70 tot 90 procent afnemen bij een opwarming van 1,5 graden Celsius, en vrijwel onbestaande worden bij een opwarming van 2 graden.
  • Het verlies van de koraalriffen zal de biodiversiteit in deze regio’s sterk verminderen en een directe impact hebben op ongeveer een half miljard mensen wereldwijd die afhankelijk zijn van koraalriffen voor voedsel, levensonderhoud, kustbescherming, toerisme en andere ecosysteemdiensten.
  • Oceaanvoedselwebben – onderling verbonden systemen die zonne-energie en voedingsstoffen overbrengen van fytoplankton naar hogere diersoorten – zullen steeds grotere risico’s van impact zien bij een opwarming van respectievelijk 1,5 en 2 graden Celsius, waarbij tweekleppige dieren zoals mosselen het grootste risico lopen.
  • Veel mariene en kustecosystemen zullen een verhoogd risico lopen op onomkeerbaar verlies bij een opwarming van 2 graden Celsius.
  • Bij een opwarming van 1,5 graden Celsius voorspelt het rapport dat klimaatgerelateerde risico’s voor de gezondheid van de mens, levensonderhoud, voedselzekerheid, menselijke veiligheid, watervoorziening en economische groei allemaal zullen toenemen, en zelfs nog meer zullen toenemen bij een opwarming van 2 graden.
  • De kans op aan hitte gerelateerde ziekte en sterfte is bij 1,5 graden Celsius opwarming lager dan bij 2 graden.
  • Er zullen meer mensen sterven aan ziekten die door organismen worden overgedragen, zoals malaria en knokkelkoorts, waarbij de risico’s nog groter worden bij een opwarming van 2 graden.
  • De voedselzekerheid zal naar verwachting afnemen bij een opwarming van 2 graden Celsius in vergelijking met 1,5 graden, zeggen de auteurs van het rapport, waarbij de grootste risico’s zich voordoen in de Afrikaanse Sahel, de Middellandse Zee, Midden-Europa, de Amazone en West- en Zuidelijk Afrika.
  • De opbrengsten van gewassen als maïs, rijst, tarwe en andere graangewassen zullen bij 2 graden opwarming kleiner zijn dan bij 1,5 graden, vooral in Afrika bezuiden de Sahara, Zuidoost-Azië en Midden- en Zuid-Amerika. Zo zal de oogstopbrengst van maïs wereldwijd ongeveer 5 procent lager zijn bij 2 graden opwarming.
  • Zeven tot tien procent van het weidevee zal verloren gaan bij een opwarming van ongeveer 2 graden Celsius.
  • De risico’s voor de wereldwijde economische groei door de gevolgen van klimaatverandering zullen tegen 2100 lager zijn bij 1,5 graden Celsius dan bij 2 graden, waarbij de grootste gevolgen worden verwacht in de tropen en subtropen op het zuidelijk halfrond.
  • In de Verenigde Staten wordt voorspeld dat de economische schade door klimaatverandering groot zal zijn, met een studie uit 2017 waarin werd geconcludeerd dat de Verenigde Staten 2,3 procent van hun bbp zouden kunnen verliezen voor elke graad Celsius stijging van de opwarming van de aarde.

Meer lezen

Wat kun je doen om de opwarming tegen te gaan?

Om opwarming tot 1,5°C te beperken, moeten we alles op alles zetten en zorgen dat we in 2030 een 100% duurzame samenleving gerealiseerd hebben. Daarvoor moeten politici keihard aan de slag om de verschillende sectoren (energie, industrie, mobiliteit, landbouw en gebouwde omgeving) zover te krijgen. We zetten voor je op een rijtje wat er zoal moet gebeuren.