Klimaatwijzer

Landbouw & Natuur

De CO2-uitstoot moet wat 50PLUS betreft worden teruggedrongen. Er moet ingezet worden op andere milieu- en duurzaamheidsmaatregelen om de leefbaarheid voor volgende generaties te garanderen. Gebruik van kunstmest en gif in de landbouw en het gebruik van antibiotica in de veehouderij moet sterk verminderd worden. Ook wil 50PLUS een beperking van grootschalige intensieve veehouderij en daarvoor in de plaats willen ze kleinschalige kwaliteitsbedrijven stimuleren.

Het CDA wil kortere ketens van het land naar het bord en stimuleert een lokale en circulaire economie. De modernisering en innovatie van de veehouderij wil het CDA voortzetten, maar boeren kunnen het niet alleen. Banken en de overheid moeten ondersteuning bieden om financiering mogelijk te maken. Het is aan de agrarische sector zelf om duurzaamheidsdoelen te halen. De beperking van de uitstoot van CO2 en stikstof vraagt volgens het CDA een evenredige bijdrage van alle sectoren. Met de tien bedrijven die de grootste uitstoot van broeikasgassen veroorzaken maken ze stevige afspraken over de reductiedoelstellingen. De partij wil één coördinerend minister die met gemeenten, provincies en waterschappen effectieve maatregelen stelt om bodemdaling in het veenweidegebied terug te dringen.

De ChristenUnie wil de voedselkringloop zo lokaal mogelijk sluiten. Intensieve niet-grondgebonden veehouderij moet verkleind worden. Boeren die klimaat-, milieu- en biodiversiteitsmaatregelen treffen moeten daarvoor beloond worden. Dit kan o.a. via een door supermarkten gevoed fonds. Alternatieve gewassen, strokenteelt en rotatie moeten gestimuleerd worden bij boeren ter ontmoediging van pesticidegebruik. Een Deltaplan biodiversiteit moet helpen om de biodiversiteit te bevorderen. In samenwerking met verwerkende industrie moet gezocht worden naar mogelijkheden om de eiwittransitie te faciliteren. In het supermarktschap moet de werkelijke prijs en afkomst van voeding getoond worden.

De ChistenUnie wil investeren in onderzoek naar gebruik natuurlijke klimaatbuffers. Het watersysteem Oost- en Zuid-Nederland moet heringericht en klimaatbestendig gemaakt worden door het water in de winter vast te houden. De partij wil het bosareaal met minimaal 10% uitbreiden. Voor 2030 moet het Nationaal Natuurnetwerk voltooid worden ter bescherming van biodiversiteit.

D66 zet in op kringlooplandbouw en wil een prijs zetten op de landbouwuitstoot van broeikas- en stikstofgassen. De Europese Landbouwgelden die Nederland zelf kan verdelen, gaan alleen naar boeren die stappen zetten naar kringlooplandbouw en natuurbeheer. D66 wil duurzaamheidsvoorwaarden in de voedingsindustrie en supermarkten. Consumenten gaan de ware prijs betalen voor hun voedsel via een duurzaamheidsheffing op vlees. Zo worden de werkelijke kosten voor het milieu, de natuur en de luchtkwaliteit meegerekend in de prijs. Met de opbrengsten stimuleren ze de omslag naar kringlooplandbouw en een gezond voedingspatroon door stimulering van schoolfruit en gezonde schoollunches. In 2050 wil D66 50% stikstofreductie. Daarbij wil D66 een derde meer beschermde natuur en boeren rond Natura-2000 gebieden uitkopen.

Volgens GroenLinks is de toekomst van de landbouw duurzaam, lokaal, gezond en diervriendelijk. Er is financiële steun nodig voor boeren die omschakelen naar natuurinclusieve landbouw en hun veestapel inkrimpen, niet alleen in Nederland maar op Europese schaal. Boeren verdienen eerlijke prijzen voor hun producten, want door hun land duurzaam te beheren leveren ze ook een bijdrage aan de aanpak van klimaatverandering. De landbouw moet stoppen met het gebruik van glyfosaat, andere bestrijdingsmiddelen die schadelijk zijn voor het milieu moeten worden afgebouwd. De klimaat- en natuurschade moet worden doorberekend in de prijs van vlees terwijl groente en fruit juist goedkoper moet worden door de btw te schrappen. Als prikkel voor verduurzaming vindt GroenLinks ook dat er een heffing op stikstof en broeikasgassen moet komen in de landbouw.

De Partij voor de Dieren gaat voor een duurzame, plantaardige toekomst. Diverse duurzame, natuurinclusieve land- en tuinbouw wordt de norm. Het gebruik van de bodem wordt gebaseerd op grondsoort en het natuurlijke waterpeil. De bodem krijgt lucht door minimale grondbewerking en water wordt opgevangen voor droge periodes. De veehouderij wordt grondgebonden en het aantal dieren krimpt met 75%. Er wordt geïnvesteerd in regionale, agro-ecologische voedselvoorziening. Voedsel is geen handelswaar, er komt een voedselbeleid waarin het recht op voedsel en de positie van duurzame boeren centraal staan. Boeren worden beschermd tegen oneerlijke concurrentie van buitenaf. De consumentenprijs moet een true price zijn. De verbinding tussen boer en burger wordt volop gestimuleerd. Plantaardig voedsel wordt goedkoper en de norm, dierlijke producten de uitzondering. En er komt een effectieve, integrale aanpak om voedselverspilling te stoppen. Door de keuze voor een plantaardige toekomst komt er veel landbouwgrond vrij die we kunnen benutten voor meer natuur, het oplossen van het woningtekort én de duurzame teelt.

In hun programma spreekt de PvdA zich uit tegen de intensieve veehouderij. Ze willen dat de intensieve veehouderij geen subsidies meer krijgt en dat duurzame boeren dit geld ontvangen. Ook zijn ze voor het actief uitkopen van boeren om de, door de PvdA gestelde doelstelling, van 50 procent stikstofreductie in 2030 te bereiken. Verder wil de PvdA dat er minder veevoer wordt geïmporteerd en dat de overbevissing tegengegaan wordt. De PvdA is voor het invoeren van een verpakkingsbelasting, het beprijzen van alle tassen en statiegeld op blikjes. Ze willen ook investeren in de Food Valley en Wageningen University & Research om de voedselindustrie en landbouw te innoveren.

De SP wil stoppen met de bio-industrie. In plaats van de intensivering en schaalvergroting wil de SP boeren die diervriendelijk en duurzaam produceren ondersteunen . De SP wil minder transport over de hele wereld en meer lokale en regionale productie. Geen gevaarlijk landbouwgif, maar meer biologische bestrijding. Ook willen zij garanties voor de gezondheid van boeren, bewoners en dieren. De SP vindt dat de duurzame boer ook een duurzaam inkomen verdient.

De VVD zet in op een realistisch en haalbaar natuurbeleid. Overheid, natuurorganisaties en de agrarische sector werken samen aan een aantrekkelijk landschap.. De VVD wil vermindering van de uitstoot van broeikasgassen en stikstof in de landbouw door middel van innovatieve technieken zoals precisielandbouw en emissiearme stalsystemen. Hiervoor komt financiële ondersteuning van boeren. Inkrimping van de veestapel wordt voorkomen door bijvoorbeeld een generieke inperking van fosfaat- of dierenrechten. De subsidieregelingen om groen gas uit mest op te wekken, bijvoorbeeld via vergisting, worden voortgezet. Met innovatie, hergebruik en verwerking kunnen kostbare grondstoffen uit mest gewonnen worden. De energie-efficiënte glastuinbouwregeling wordt uitgebreid. Hierdoor komt extra geld beschikbaar om energiebesparende maatregelen te nemen. Het project ‘Kas als energiebron’ stimuleert om met innovatieve methodes zoals geothermie te werken. Er wordt ingezet op natuurlijke wateropslag in natuur en bewoond gebied dat gebruikt kan worden in tijden van droogte.


Hoe haalbaar zijn deze doelen?

Deze tien punten zijn op papier haalbaar, maar hoe zit het in de praktijk? De komende weken gaan we met verschillende klimaatkandidaten in debat over of en hoe zij zich hard willen maken voor deze doelstellingen. Wil jij de data en de links om mee te kunnen kijken? Schrijf je dan in voor onze updates